LEMMER - De rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, heeft twee zweminstructeurs veroordeeld tot 60 en 120 uur taakstraf. Een 11-jarige jongen is in het zwembad in Lemmer tijdens een les watergewenning uit het oog verloren geraakt en daarna verdronken. De opgelegde straf is lager dan geëist omdat de rechtbank een minder zware vorm van schuld bewezen acht dan waar de officier van justitie vanuit ging.
Verdronken bij zwemles watergewenning
Op 6 februari 2020 is een 11-jarige jongen verdronken in het zwembad in Lemmer. Hij was met zijn klasgenoten van de AZC-school naar het zwembad gekomen voor een les watergewenning. De jongen was nog maar kort in Nederland waar hij na vijf jaar met zijn moeder herenigd was. Zijn groep van elf leerlingen kreeg in het ondiepe deel van het bad les van twee zeer ervaren zweminstructeurs.
De jongen is vrij kort na aanvang van de les uit het oog verloren geraakt. Het kan niet anders dan dat hij toen onder water is geraakt en is verdronken.
Schuldig aan dood door schuld
De rechtbank heeft beide zweminstructeurs schuldig verklaard aan dood door schuld. Zij hadden tijdens de zwemles een zorgplicht voor het slachtoffer die eruit bestond dat zij adequaat toezicht moesten uitoefenen. De zweminstructeurs hebben niet geteld hoeveel kinderen er in hun groep waren, zij hebben niet onderling afspraken gemaakt over de vorm of inhoud van de les, zij hebben geen afspraken gemaakt over hoe zij orde of overzicht zouden houden en zij hebben geen afspraken gemaakt over hoe zij toezicht zouden houden op de groep kinderen die aan hun zorg was toevertrouwd. Zij wisten niet wie van de groep kinderen geen ervaring met water hadden en wie geen Nederlands sprak. Een andere jongen uit de groep heeft wel wat vertaald maar er is niet nagegaan of de verdronken jongen had begrepen dat water gevaarlijk was en dat hij zou kunnen verdrinken als hij onder water terecht kwam.
Strafoplegging
De rechtbank legt aan verdachten taakstraffen op van 60 en 120 uur. Het opleggen van straf heeft ook tot doel andere professionals en organisaties erop te wijzen dat de zorgplicht die op hen rust meebrengt dat zij zich voortdurend bewust moeten zijn van wat er in de concrete situatie van hen wordt verlangd.